Het voormalige jeugddorp De Glind is een bijzonder dorp middenin de Gelderse Vallei. Het werd in 1911 gesticht door de idealistische
dominee R.J.W. Rudolph. Hij wilde van De Glind een veilige sociale gemeenschap creëren voor kinderen die buiten de boot
dreigden te vallen. De ontwikkeling van De Glind in de afgelopen 100 jaar is uniek. Wat begon met het onderbrengen van kinderen
bij boerenfamilies, groeide uit tot een stichting met een zelfstandige woonwerk- en leergemeenschap met eigen grond, gebouwen
en voorzieningen. Gesteld kan worden dat de zorgvisie direct vertaald werd in een fysieke en ruimtelijke ordening.
De huidige en toekomstige ontwikkelingen in en rond De Glind vragen om een nieuwe benadering. Dit is noodzakelijk geworden
door veranderingen in onder andere de zorgsector met betrekking tot de jongeren. Door een veranderende visie op de jeugdzorg,
is het niet meer gewenst dat kinderen ver weg van hun eigenlijke leefomgeving worden opgevangen. Die zo specifieke ‘opvangrol’
van de Glind is hiermee verdwenen.
Daarnaast, maar van een andere orde, vindt een ontwikkeling plaats in de sfeer van de ruimtelijke ordening. De ligging nabij groen
en stedelijk gebied, in combinatie met het groene open karakter van De Glind geeft een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Prognoses
wijzen uit dat hierdoor De Glind in de komende 25 jaar zal groeien. Maar deze groei mag niet ten kosten gaan van de kwaliteit van
het dorp. De afgelopen jaren zijn diverse woningbouw-recreatieprojecten gerealiseerd in De Glind en in de directe omgeving. Deze
projecten zijn echter zonder visie op De Glind als geheel gerealiseerd. Er is weinig samenhang tussen de projecten, waardoor de
ruimtelijke structuur van het oorspronkelijke dorp sterk vertroebelt raakt. Verrommeling dreigt!
Een bijkomend probleem is dat voorspellingen van groei niet direct vertaald kunnen worden in een stedenbouwkundig plan. De tijd
is voorbij dat op de vierkante meter nauwkeurig aangegeven kan worden hoe die groei eruit komt te zien. Daarbij is de behoefte
aan grote stedelijke uitbreidingen niet meer van deze tijd en zeker niet van toepassing op de Glind. Landschappelijk wonen is de
trend en tevens de oplossing voor de veranderende woonbehoefte.
Een duidelijk ontwikkelde structuurvisie met betrekking tot De Glind is daarom gewenst. Richtinggevend hiervoor is het huidige
dorp met de unieke relatie tot het landschap, zoals veel open ruimtes, groen, rust en grote biodiversiteit. Daarbij zijn de genoemde
ontwikkelingen van grote invloed. Ze hebben ingrijpende gevolgen voor de werkwijze waarop in de huidige tijd plannen voor groei
worden ontwikkeld. Was de afzet van woningen in het verleden nagenoeg gegarandeerd, anno 2015 is dat geen zekerheid meer.
Het antwoord hierop ligt in een flexibele en gefaseerde groeistrategie.
Na grondige analyse van de huidige situatie en gesprekken met verschillende betrokkenen in de Glind, is het resultaat een uitgewerkt
flexibel plan. Dit plan bestaat in het eerste deel uit: de structuurvisie, een flexibel kader voor De Glind, waarbinnen toekomstige
ontwikkelingen plaats kunnen vinden. Deel 2 is een voorbeelduitwerking van de eerste fase, zodat concreet zichtbaar is hoe
landschappelijk wonen in De Glind vorm kan krijgen.
De structuurvisie neemt het landschap als uitgangspunt. Dit schept voorwaarden voor een goede en toekomstbestendige ontwikkeling
van De Glind. De volgende maatregelen zijn hiervoor nodig:
1. Het versterken van karakteristieke groenstructuren, zodat er een stevig raamwerk ontstaat dat zorgt voor een verbinding met
de omgeving
2. Het optimaliseren van het watersysteem, zodat water en natuur optimaal kunnen functioneren
3. Het zodanig sturen van de rode vraag dat deze gepaard gaat met landschappelijke en ruimtelijke kwaliteitswinst.
Om bovenstaande punten mogelijk te maken wordt gebruik gemaakt van een planconcept waarin wordt weergegeven waar het
bij de concrete uitwerking primair om draait. Hiervoor zijn drie kernelementen geformuleerd. Het gaat om de versterking van bestaande
landschappelijke structuren, de verbinding met de bestaande situatie en een stapsgewijze en flexibele strategie voor de
toekomst.
VERSTERKING BESTAANDE LANDSCHAPPELIJKE STRUCTUREN
Het huidige landschap van De Glind moet zoveel mogelijk behouden blijven. De landschapsstructuur wordt als basis genomen,
waarbinnen het wonen ‘te gast’ is. Dit wordt gedaan door ‘landschappelijke stedenbouw’, dus zo min mogelijk ingrijpen in het
landschap en door juist op die plaatsen te gaan bouwen die voor de hand liggen. De huidige infra- en groenstructuur worden hierdoor
benut. Op deze wijze ontstaat er een robuust kader waarbinnen aspecten als de landschappelijke verankering van het dorp,
het watersysteem, de ecologie en het recreatief netwerk in samenhang ontworpen worden. Het op te richten landschapsfonds
De Glind, waaraan alle ‘spelers’ in het dorp bijdragen, steunt deze samenhang. Het landschappelijk raamwerk wordt hierdoor versterkt
en vormt de landschappelijke draagconstructie voor De Glind.
VERBINDING BESTAANDE SITUATIE
In dit plan worden verder nieuwe ontwikkelingen op een nauwgezette manier vervlochten met het bestaande landschap. Dit houdtonder andere in dat de ontwikkelingen een bijdrage moeten leveren aan de versterking van het landschap.
De Glind is een dorp dat een eigen identiteit heeft. Een dorp geworteld in het landschap en vergroeid met haar omgeving. Om
voort te borduren op die identiteit moet er voldoende maat zijn voor het landschap (landschappelijke mal) rondom de bebouwing,
zodat het landschap zich als eenheid kan blijven manifesteren. De landschappelijke mal waarborgt de ‘Glindse’ woonkwaliteit,
bestaande uit open landschappelijke eenheden, zijnde open weilanden met gelaagde, opgaande begroeiing en boscomplexen.
Als het landschap de mal is, dan is de bebouwing de contramal. De contramal wordt gevormd door bestaande bebouwing met
bijbehorende tuinen en erven die variëren in kavelgrootte. Veel van de bestaande bebouwing is omzoomd door een erfbeplanting
van bomen, struiken en hagen. Deze erfbeplanting werkt als filter en draagt met de doorzichten bij aan de belevingswaarde van het
landschap. De beplanting onttrekt (delen van) de bebouwing aan het zicht. Dit geeft een kleinschalig mozaïeklandschap en zorgt
voor een afwisselende beleving. Deze variatie is een belangrijke kwaliteit en nieuwe ontwikkelingen moeten hierop voortborduren.
Daarom zijn er bouwstenen ontwikkeld die gestoeld zijn op deze identiteit van De Glind.
Elke bouwsteen vormt als het ware een stukje woonomgeving, bestaand uit woning(en), beplantingen en ontsluiting. Per bouwsteen
gelden spelregels voor grootte, vorm en positie van zowel de woningen als het groen.
Het geheel van groen, water en wegen vormt de landschappelijke draagconstructie voor de toekomst. Het bestaande landschap
met al zijn karakteristieke elementen wordt als basis gebruikt voor het wonen. Een aantal zorgvuldig uitgekozen weides maken stap
voor stap plaats voor woningbouw in de vorm van woonvelden.
Daarbij wordt het recreatieve netwerk, onder andere de klompenpaden, ook versterkt omdat dit de woonvelden met elkaar verbindt.
Elk woonveld draagt ook weer bij aan de recreatieve structuur. De recreatieve structuur start vanuit het dorpshart en zal
mede hiervoor opnieuw ingericht worden.
STAPSGEWIJZE EN FLEXIBELE STRATEGIE
Het bouwen van nieuwe woningen anno 2015 is onzeker. Daarom wordt in dit plan gekozen voor een raamwerk, dat in uitvoering
mee kan groeien in de tijd met daarin overzichtelijke woonvelden. Er kan steeds worden ingespeeld op nieuwe ontwikkelingen.
Sturing is wenselijk om optimale ruimtelijke kwaliteit te verkrijgen. Om tijdig bij te kunnen sturen moet er gefaseerd in woonvelden
gebouwd worden. Na iedere fase is het woonveld ‘af’ en kan er later naar behoefte eenvoudig uitgebreid worden. Het aantal
woningen en de verkaveling van het woonveld staan vooraf niet vast, maar kunnen inspelen op de maatschappelijke vraag van dat
moment. Daarnaast kan ook gelijktijdig aan woonvelden gebouwd worden, zodat voorzien wordt in verschillende woonbehoeftes.
Dit flexibele plan voor De Glind laat zien dat het dorp landschappelijk verantwoord kan groeien in de tijd. Het kan uitgroeien tot
een volwaardig groen en leefbaar dorp voor iedereen. Van dorpje ‘spelen’, naar dorp zijn!
*dit project was een afstudeerproject aan de Academie van Bouwkunst Amsterdam 2014 - 2015